Het is tijd om te maischen. Je verwarmt je water naar ongeveer 65 graden celcius.

Je doet je geschrote granen er in en je wacht een half uur tot een uur. De enzymen doen hun werk, wanneer je proeft dan is de "gerstepap" opeens helemaal zoet geworden!

Daarna haal je de brouwzak er uit. Handig om een rekje te gebruiken om de zak met graan uit te laten lekken:

Met een "refractometer" kun je zien hoeveel suiker er in de "wort" is opgelost. Je doet een drupje van de vloeistof op de refractometer en je kijkt naar het licht. Dan zie je de hoeveelheid opgeloste suikers, in plato of soortelijke gewicht. Dat bepaald uiteindelijk hoeveel alcohol er in je bier komt.
